Verzenden
Het blok Verzenden wordt gebruikt om de gegevens van het formulier te verzenden. Het laatste blok van elk formulier moet een verzendblok zijn.
Onder het tabblad vraag kan je volgende eigenschappen instellen:
Standaard blokeigenschappen
Titel
In het invulveld 'Titel' kan je de titel van het blok zoals getoond in het formulier invoeren.
Toon titel
Met het aanvinkvakje 'Toon titel' kan je bepalen of de titel van het blok in het formulier, het overzicht en de detailweergave getoond moet worden.
Voortgangsbeschrijving ZAAKSYSTEEM
In dit invulveld kan je een voortgangsbeschrijving toevoegen. Deze voortgangsomschrijving beschrijft de stap waarin de gebruiker zich bevindt bij het invullen van het formulier. Door de voorgangsbeschrijving in te vullen wordt er een voortgangsbalk getoond bij het formulier in het e-loket.
Opeenvolgende blokken met dezelfde voortgangsbeschrijving worden automatisch gebundeld onder één stap in de voortgangsbalk.
Blok ID
In het invulveld 'Blok ID' kan je de achterliggende ID van het blok invoeren. Per formulier moet deze waarde uniek zijn.
Standaard wordt deze ingevuld met een unieke code.
Bloktype
In de keuzelijst 'Bloktype' bepaal je welk type blok je wilt gebruiken.
Beveiliging ZAAKSYSTEEM
Dit blok is enkel beschikbaar indien aangemeld als
Door beveiliging in te stellen kan je bepaalde blokken beschikbaar stellen voor een bepaald type gebruiker. Je kan hier kiezen voor 'Persoon', 'Bedrijf / Organisatie' (al dan niet met specifieke rechten), 'Lokaal bestuur' (al dan niet met specifieke rechten) of niet aangemeld. Als de gebruiker een beveiligd blok bereikt en niet aangemeld is in de juiste hoedanigheid of niet de juiste rechten heeft, wordt hij automatisch doorverwezen naar het volgende blok. Als er beveiliging ingesteld is waarbij de gebruiker niet aangemeld moet zijn, wordt het blok alleen getoond als de gebruiker niet aangemeld is. Als dit niet het geval is, wordt de gebruiker ook hier automatisch doorverwezen naar het volgende blok.
Specifieke blokeigenschappen
Afsluitende tekst
Editor waarin de je de tekst die in het formulier op de verzendpagina verschijnt kan definiëren.Â
Verzendacties
De actie die uitgevoerd moet worden bij het verzenden van het formulier. Je kan hier kiezen voor volgende opties:
- Sla besluit op
- Sla initiatiefrecht op
- Sla structuur agendapunt op
- Sla zaak op
- Sla contactmoment op
- Taak uitvoeren
Blokregels
Door gebruik te maken van blokregels is het mogelijk om de gebruiker te “sturen” door de blokken van het formulier aan de hand van de ingevulde gegevens. Er wordt gewerkt met een ‘Als...’ / ‘Dan...’ conditie. Het eerste blok van een formulier kan nooit worden overgeslagen.
Een blokregel toevoegen
Een blokregel instellen doe je als volgt:
- Kies 'Regel toevoegen' onder Blokregels in het tabblad 'Blok'
De blokregel wordt toegevoegd. Je kan de gewenste condities instellen door de waarden te wijzigen.
Een blokregel wijzigen
In het 'Als'-gedeelte van de blokregel stel je de voorwaarde in:
- Selecteer het blok blok en de vraag die de voorwaarde bepalen
- Kies de gewenste operator (gelijk, ongelijk, groter, ...)
- Stel de waarde in waaraan de vraag moet voldoen door te klikken op het invulveld
Kies in het dialoogvenster 'Waarde invoeren' dat verschijnt voor de gewenste optie
- Vraagwaarde: selecteer een blok en een vraag waarnaar je wilt verwijzen
- Vaste waarde: geef de gewenste waarde in
Het is mogelijk om per blokregel meerdere condities of voorwaarden in te stellen door te kiezen voor 'Conditie toevoegen'. Door de optie 'alle condities testen' te activeren, moeten alle voorwaarden voldaan zijn om de blokregel uit te voeren.
In het 'Dan'-gedeelte stel je de gewenste actie in:
- Selecteer het blok waarnaar de gebruiker doorverwezen moet worden als er aan de opgegeven voorwaarde voldaan wordt.
Een blokregels en condities verwijderen
Een blokregel of een specifieke conditie verwijderen doe je door de knop 'Verwijderen' (het vuilbakpictogram) bij het betreffende onderdeel aan te klikken.
Blokscripts
Door een script toe te passen op een blok, kunnen bepaalde waarden op een geavanceerde manier verwerkt worden door middel van javascript. In de formulierengenerator kan gewerkt worden met drie soorten blokscripts:
- Prescript: wordt gebruikt voordat de waarden zijn gevuld en wordt onder andere gebruikt om vragen te prefillen;
- Postscript: wordt gebruikt om antwoorden op vragen te manipuleren als ze al zijn ingevuld, zodat ze daarna kunnen dienen als input voor andere vragen of scripts;
- Clientscript: wordt gebruikt om client-side acties uit te voeren
Specifieke blokscripts