Exports voor contactmomenten beheren

Exports worden gebruikt om informatie te exporteren binnen een workflow.

Exports raadplegen

In het overzicht vind je alle aangemaakte exports.

Je kan doorheen de resultaten navigeren aan de hand van een navigatiebalk (rechts onderaan). Je kan de resultaten sorteren op de beschikbare kolommen door op de titel van de kolom te klikken. Standaard wordt er gesorteerd op Naam.

Bovenaan verschijnt een zoekbox. Door een zoekterm in deze box in te typen wordt de lijst met exports automatisch gefilterd.

Exports toevoegen

Een export toevoegen doe je als volgt

  • Klik op 'Toevoegen'
  • Vul de gegevens in in de pagina die verschijnt
  • Klik op 'Toevoegen'


Een export kan je op twee verschillende manieren beschikbaar maken:


Voor de export die beschikbaar is via de workflow kan je volgende informatie beheren:

NaamDe naam van de export zoals hij getoond zal worden in de workflowgenerator.
Beschrijving

Een beschrijving van de export.

Locatie

De locatie waar de export opgeslagen moet worden. Je kan hier kiezen voor 2 opties

  • Server
    de export wordt opgeslagne op een locatie op de server waar de toepassing op geïnstalleerd is. Bij Server pad geef je de het pad naar deze locatie op.

  • FTP
    De export wordt opgeslagen op een locatie die toegankelijk is via FTP. Wanneer je kiest voor FTP, moet je het gewenste FTP Protocol kiezen en de bijhorende connectiegegevns ingeven.
FormaatHet formaat waarin het bestand opgeslagen moet worden. Je kan hier kiezen voor CSV, XLS en XML.
InhoudDe inhoud van de export. Deze kan je samenstellen door één of meerder label-inhoudcombinaties toe te voegen. Elk label staat voor het type informatie dat opgenomen moet worden in de export (bijvoorbeeld: Naam). De inhoud is de verwijziging naar de informatie die opgenomen moet worden voor dit type. De inhoud kan opgevuld worden met Velocity Scripting.


Voor de export die beschikbaar is via de zoekfunctie kan je volgende informatie beheren:

NaamDe naam van de export zoals hij getoond zal worden in de workflowgenerator.
BeschrijvingEen beschrijving van de export.
In de zoekfunctie beschikbaar voorDe dienst en de rol voor wie de export beschikbaar is via de zoekfunctie.
InhoudDe inhoud van de export. Deze kan je samenstellen door één of meerder label-inhoudcombinaties toe te voegen. Elk label staat voor het type informatie dat opgenomen moet worden in de export (bijvoorbeeld: Naam). De inhoud is de verwijziging naar de informatie die opgenomen moet worden voor dit type. De inhoud kan opgevuld worden met Velocity Scripting.

Exports exporteren en importeren

Je kan een export exporteren en vervolgens op een andere omgeving importeren. 

Voor het exporteren ga je als volgt te werk:

  • Ga naar de gewenste export
  • Klik op exporteren

De export wordt gemaakt.

Voor het importeren ga je als volgt te werk:

  • Ga naar de omgeving waar je wilt importeren
  • Kies Export importeren
  • Kies de Export die je eerder geëxporteerd had
  • Kies importeren
    • Indien de export nog niet bestaat, wordt het zonder meer geïmporteerd
    • Indien de export wel bestaat, kan je eventueel een nieuwe naam kiezen. Kies je geen nieuwe naam, overschrijf je de bestaande export, kies je wel een nieuwe naam, wordt er een extra Export gemaakt.

Exports wijzigen

Om een export te wijzigen ga je als volgt te werk

  • Klik op 'Wijzigen' bij de betreffende export
  • Wijzig de gewenste gegevens in de pagina die verschijnt
  • Klik op 'Wijzigen'

De wijzigingen worden meteen doorgevoerd.

Exports verwijderen

Om een export te verwijderen ga je als volgt te werk

  • Klik op 'Verwijderen' bij de betreffende export
  • Klik op 'Verwijderen' om je actie te bevestigen

De export wordt verwijderd.