Versions Compared

Key

  • This line was added.
  • This line was removed.
  • Formatting was changed.

...

Een veelvoorkomende activiteit binnen een workflow is het versturen van een e-mail of online notificatie, vaak naar de indiener aanvrager van een zaak. De inhoud en het onderwerp van de e-mail worden bepaald in de template die template die je gebruikt. De activiteit bepaalt welke e-mail (of notificatie) template gebruikt moet worden en naar welke adressen de e-mail verstuurd moet worden. Bovendien kan je bijlage(n) toevoegen aan de e-mail die verzonden wordt.

...

Naam
De naam van de activiteit. Deze naam moet uniek zijn
AanE-mail template
De adressen template die gebruikt wordt om de e-mail moeten ontvangen. Dit kan:
  • een vast e-mailadres zijn
  • een e-mailadres uit een zaak- of contactmoment zijn. te verzenden. In de managementtool kan je de gewenste templates definiëren voor zaken en templates definiëren voor contactmomenten.
    Notificatie template
    De template die gebruikt wordt om de notificatie te verzenden. In de managementtool kan je de gewenste templates definiëren voor zaken en templates definiëren voor contactmomenten.
    Aan

    De persoon of dienst dat de e-mail moet ontvangen. Hierbij zijn er verschillende opties mogelijk:

    • De aanvragers van de zaak
    • De klanten
    • De interne diensten
    • De veroorzakers
    • Een e-mailadres dat je zelf kan ingeven in de workflow. Meerdere e-mailadressen worden van elkaar gescheiden door een komma.
    • Een script

    Wanneer je werkt met de gestandaardiseerde vraag ID's, kan je het e-mailadres van de aanvrager

    ophalen door onderstaande code te gebruiken

    , klant, interne dienst of veroorzaker ophalen. Wanneer er meerdere aanvragers zijn dien je met een script te werken:

    Code Block
    #foreach($requester in $!{s.form.formDataFixed.requesters
    .get(0
    })$requester.agent.contact.email
    }
    ,#end

    Voor meer informatie over de te gebruiken scripting zie: Waarden ophalen uit een zaak- of contactmoment

    Meerdere e-mailadressen worden van elkaar gescheiden door een komma.
    CC
    CC (enkel voor e-mail)
    De adressen die de e-mail in CC moeten ontvangen. Hiervoor gelden dezelfde regels als voor 'Aan'.
    BCC (enkel voor e-mail)
    De adressen die de e-mail in CC BCC moeten ontvangen. Hiervoor gelden dezelfde regels als voor 'Aan'.
    VanVan (enkel voor e-mail)
    Het afzenderadres van de e-mail. Standaard wordt het e-mailadres van de toepassing ingevuld. Ook hier gelden dezelfde regels als voor 'Aan'.
    Template
    De template die gebruikt wordt om de e-mail te verzenden. In de managementtool kan je de gewenste templates definiëren voor zaken en templates definiëren voor contactmomenten.
    Ondertekenaar
    De ondertekenaar (s) die toegevoegd moet worden aan de template. In de managementtool kan je zelf de beschikbare ondertekenaars definiëren. De lijst wordt opgebouwd uit entiteiten, personen en groepen. Er is ook een mogelijkheid om een waarde van een workflowparameter of een waarde van zaakparameter of weergaveveld te kiezen.
    Bijlage(n) / Verplichte bijlagen
    • De bestanden die toegevoegd moeten worden als bijlage bij de e-mail.

      • Bestanden die toegevoegd worden bij 'Bijlage(n)' moeten niet aanwezig zijn. De e-mail wordt altijd verzonden, ook wanneer het systeem de bijlage(n) niet kan vinden.
      • Bestanden die toegevoegd worden bij 'Verplichte bijlage(n)' moeten aanwezig zijn om de e-mail te verzenden. Als het systeem de bijlage(n) niet kan vinden, wordt de e-mail niet verzonden.
       Je
      •  Je kan deze fout opvangen door in de workflow een transitie te voorzien die gevolgd moet worden wanneer de verplichte bijlage(n) niet gevonden worden (door gebruik te maken van een beslissing en een voorwaarde).

      De bijlage(n) kunnen verwijzen naar

    • Bijlage(n) geselecteerd in een taakformulier: de gebruiker selecteert in een voorafgaande taak de bijlagen die hij wenst te versturen. Je kan de geselecteerde documenten als bijlage bij de e-mail voegen
    • Vaste, vooraf gedefinieerde bijlage: de bijlage bestaat omdat hij toegevoegd werd via een zaak- of contactmomentformulier, een taakformulier of gegenereerd werd in de workflow. De bestandsnaam is gekend en kan opgehaald worden door gebruik te maken van Velocity scripting:

      • Een bijlage gegeneerd binnen de workflow.
      • Een bijlage toegevoegd aan een taak binnen de workflow.
      • Een bijlage toegevoegd aan het contactmoment of de zaak waarop de workflow betrekking heeft.
      • Een vaste waarde.
      • Een waarde van workflowparameter
      • Een waarde van zaakparameter of weergaveveld
      • Een script (Velocity scripting).
      Code Block
      titleBijvoorbeeld
      ${s.reference} - ${s.genericObjectType.message.message} - Vergunning.pdf


    ...